Hoe denken we?

Hoe denken we als mens en dier?
Mensen en dieren lijken een vergelijkbare perceptie te hebben van de basiskenmerken materie, ruimte, tijd en energie.
Hoe we denken bepaalt hoe we de wereld beschouwen/zien, niet automatisch hoe de wereld in werkelijkheid is.
Is het wellicht mogelijk om onze meest basale denkwijzen (archetypen) onder te brengen in een ruw schema?

Het MRTE-indelingsmodel is een voorlopig resultaat van een project waarbij door het ordenen van (basale) begrippen 
    pogingen kunnen worden ondernomen om de meest basale begrippen en relaties onder te brengen in een ruw schema, 
    een amateuristisch probeersel voor een conceptueel model van de werkelijkheid.
    Het MRTE-indelingsmodel betreft niet een vast schema, maar de meeste componenten lijken een min of meer vaste 
        plaats te behouden over de decennia heen, wat op zich natuurlijk geen verband hoeft de houden met de 
        juistheid, het blijft puzzelen, waarbij je tevens niet kunnen stellen dat ons denken te "vangen" zou zijn in 
        een relatief eenvoudig en logisch schema.

    Wanneer je zoekt naar kenmerken die altijd lijken te gelden voor het begrip informatie, en dat zijn niet 
            automatisch de meest wenselijke kenmerken, dan zou je die kenmerken kunnen herkennen op 4 plaatsen 
            binnen het MRTE-indelingsmodel, bij elk basiskenmerk 1 essentieel kenmerk van informatie.


De 4 basisgrootheden of basiskenmerken zijn:

M = materie = gedaante                           = niet-niet verandering = NN
R = ruimte  =   plaats                           = niet-wel  verandering = NW
T = tijd    =   plaatsverandering = verplaatsing =  wel-niet verandering = WN
E = energie = gedaanteverandering = mutatie      =  wel-wel  verandering = WW

bi = binnen
bu = buiten


Schema MRTE-indelingsmodel:

        - -       -        bi/bu              bi-bu         bu-bu                  bi-bi         bu-bi
        - -       -      grootte              klein      ongelijk                 gelijk         groot

Concreet:

       NN M Materie         vorm             {stof}         {los}                 {vast}   {geen_stof}
       NW R  Ruimte       plaats       {begin/bron}       {route}      {verplaatst_deel} {eind/bereik}
       WN T    Tijd verplaatsing           {output}    {buiten_S}             {binnen_S}       {input}
       WW E Energie   vervorming         {beginnen}  {verkleinen}            {vergroten}    {eindigen}

Abstract:

       NN M Materie         vorm             {echt}      {onwaar}                 {waar} {onecht/info}
       NW R  Ruimte       plaats           {zender}      {medium}         {bericht/info}   {ontvanger}
       WN T    Tijd verplaatsing            {uiten} {nieuws/info} {denken/geloven/weten}   {waarnemen}
       WW E Energie   vervorming {veroorzaken/info} {tegenwerken}            {meewerken}  {resulteren}

Toelichting: 
             {stof} heeft in bovenstaand schema als betekenis: stof als vast, vloeibaar, gas

             {geen_stof} heeft in bovenstaand schema als betekenis: straling, golven, elektriciteit, chemie,
                         bv. beeld, geluid, geur, smaak, warmte, gevoel (w.o. leven)

             {vast} heeft in bovenstaand schema als betekenis vast m.b.t. kenmerken:
              -        essentiƫle kenmerken
              -      fundamentele kenmerken
              -       intrinsieke kenmerken
              -    niet-optionele kenmerken
              -        wezenlijke kenmerken
              -             wezenskenmerken 

              {los} heeft in bovenstaand schema als betekenis los m.b.t. kenmerken:
              -   niet-essentiƫle kenmerken
              - niet-fundamentele kenmerken
              -       extrinsieke kenmerken
              -         optionele kenmerken
              -   niet-wezenlijke kenmerken